Glad spierweefsel
De belangrijkste eigenschap van spieren is dat ze zich kunnen samentrekken.
Het lichaam kent drie types spierweefsel:
(1) Hart-spieren. Dat is een bijzonder type spierweefsel dat alleen in het hart voorkomt.
(2) Skelet-spieren. Dat zijn spieren die je bewust kan aanspannen en ontspannen. Ze verbinden vaak twee botten met elkaar, zodat je zo kan bewegen.
(3) Glad spierweefsel. Dit is spierweefsel waar je geen directe "zeggenschap" over hebt. Ze reageren op veranderingen in de omgeving, en werken veel langzamer dan bijvoorbeeld skelet-spieren.
Glad spierweefsel
Glad spierweefsel ligt rondom alle buizen en holtes in het lichaam. Zoals aderen, luchtwegen, darmen, blaas, maag, etc, etc.
Glad spierweefsel kan je niet met je geest beïnvloeden. Het reageert op veranderingen in de omgeving. En één van de belangrijkste daarbij is de hoeveelheid koolzuurgas rondom glad spierweefsel. Koolzuurgas ontspant glad spierweefsel. Wanneer je te veel ademt, en te veel koolzuurgas uitademt, kan het gladde spierweefsel gaan verkrampen.
- Verkrampt het gladde spierweefsel rondom slagaderen, dan stijgt je bloeddruk.
- Verkrampt het gladde spierweefsel rondom de luchtwegen, dan wordt je benauwd.
- Verkrampt het gladde spierweefsel rondom de haarvaten die door je huid stromen, dan krijg je koude handen en/of voeten.
- Verkrampt het gladde spierweefsel rondom je blaas, dan moet je plassen.
- Enzovoorts.
Wat er gebeurt wanneer je zwaarder gaat ademen (en waar je last van krijgt) hangt helemaal af van hoe je lichaam in elkaar zit. Zo zijn er mensen die een hoge bloeddruk krijgen, terwijl anderen benauwd worden. Een derde is altijd koud, en een vierde moet 's nacht vijf keer het bed uit om te plassen.