Wat gebeurt er bij angst?
Angst komt niet zomaar opzetten. Er is altijd iets dat een angstaanval veroorzaakt.
Angst is conditionering: We associëren iets (bewust of onbewust) met gevaar, en schieten in de zogenaamde vecht/vlucht reactie. Daarbij gebeurt er van alles in ons lichaam. Zo wordt er extra adrenaline gevormd, gaat de hartslag omhoog, en beginnen we zwaarder te ademen.
Koolzuurgas en angst
Door de extra hyperventilatie blazen we veel koolzuurgas weg. Wanneer we koolzuurgas verliezen, kunnen twee dingen gebeuren die je angstig maken:
(1) Het gladde spierweefsel, dat rondom de halsslagaderen zit, verkrampt. Daardoor stroomt er minder bloed naar de hersenen.
(2) Het hemoglobine van het bloed dat de hersenen wél bereikt, zuurstof minder gemakkelijk loslaat.
Het resultaat is dat de hersenen minder zuurstof krijgen.
Op de foto zie je links de hersenen van iemand die heel normaal en rustig ademt. Donkerrood betekent dat de hersencellen veel zuurstof opgenomen hebben, geel is al iets minder, en zo verder via licht blauw naar donker blauw (waarbij er maar weinig zuurstof door de hersencellen opgenomen is).
Rechts zie je dezelfde hersenen na 1 minuut zware hyperventilatie. Je ziet dat de opname van zuurstof door de hersenen dramatisch is afgenomen.
Het gevolg daarvan is dat logisch en rustig denken moeilijker wordt, de angst nog harder toeslaat, wat de ademhaling nog weer dieper maakt, etc.
Een zichzelf versterkend proces dus.
Soms is de angst bijna voortdurend vaag aanwezig. Maar angst kan ook iemand's leven totaal beheersen en tot paniekaanvallen leiden.
Paniekaanvallen kunnen een eigen dynamiek ontwikkelen. Situaties waarin men een paniekaanval heeft gehad, gaat men vaak mijden.
Meestal is er geen logische reden voor een dergelijke angst. Zo herinner ik me een cursist die wel op 80 km wegen durfde te rijden (waar relatief de meest mensen doodgereden worden), maar niet op een snelweg.